Weergavegids van M1

Versie 1

Inschakelen / uitschakelen

Druk op de AAN/UIT-knop om het LED-display in/uit te schakelen.

Koplamp aan/uit

Wanneer het scherm is ingeschakeld, drukt u op de LIGHT-knop  om de koplamp aan te zetten. Druk er nogmaals op om het uit te schakelen.

Batterij-indicator

Als het batterijniveau 100% is, branden alle led-lampjes. Als er maar één LED-lampje brandt en knippert, betekent dit dat de batterij bijna leeg is en onmiddellijk moet worden opgeladen.

5 snelheidsmodusindicator

De vijf LED-lampjes onder het woord 'ASSIST' vertegenwoordigen de vijf snelheidsmodi, waaronder 12 km/h, 16 km/h, 20 km/h, 23 km/h en 25 km/h. Druk op de MODE-knop  om de snelheidsmodus te wijzigen.

6 km/u duwmodus

Schakel eerst het LED-display in  en houd de fiets stil. Druk vervolgens op de MODE-knop  tot het eerste lampje knippert om de 6 km/u-duwmodus in te schakelen. De push-modus kan worden uitgeschakeld door op de rem te trappen.

Versie 2

Indicator batterijniveau

Functies

Aan/uit: houd de aan/uit-knop 3 seconden lang ingedrukt om het scherm aan/uit te zetten.
Licht aan/uit: druk kort op de aan/uit-knop om het licht aan/uit te zetten.
Schakelsnelheidsniveau: druk kort op + of - om te schakelen tussen 5 snelheidsniveaus, waaronder 12/16/20/23/25 km/h.
6 km/u Push-modus: wanneer de fiets op nulsnelheid staat, lang indrukken - totdat het snelheidsniveau knippert. Dan wordt de push-modus geactiveerd.